Eerste militaire vlucht op Duits militair vliegveld in As Terug

Duitsers: Fliegerschießschule Asch (1917-1918)

Eind 1916 beslisten de Duitsers om in midden Limburg een “Fliegerschießschule” (vliegerschietschool) met een groot schietveld op te richten dat zich uitstrekte over de gemeenten As, Genk, Maasmechelen, Zutendaal, Opglabbeek, Houthalen, Gruitrode, Meeuwen en Peer. De totale oppervlakte van dit schietveld bedroeg meer dan 80 vierkante kilometer en een gedeelte hiervan was het voormalig schietterrein van John Cockerill te Houthalen.

Bij dit schietveld werd ook een vliegveld aangelegd, namelijk te As waar men in maart 1917 begon met de bouw ervan. Het merendeel van het bouwmaterieel werd door de Duitsers opgeëist van de in aanbouw zijnde koolmijn van Waterschei (Genk) die hierdoor verplicht was te sluiten.

Het vliegveld en de schietschool bestond uit grote vliegtuighangars, constructieateliers, werkplaatsen voor herstellingen, schoolgebouwen waar men theorielessen gaf, een werkplaats fotografie, keukens, huisvesting voor de soldaten, paardenstallen, koetshuizen, garages voor auto’s, wasgelegenheden en een luxueuze casino (mess officieren). Voor de huisvesting van de soldaten werden de mijnwerkershuizen in As, Waterschei (Genk) en Zwartberg (Genk) in beslag genomen.

De totale kostprijs van de bouw van de “Fliegerschießschule Asch” bedroeg 60 tot 80 miljoen Belgische frank.

Reeds op 26 mei 1917 steeg het eerste vliegtuig op.

In de “Fliegerschießschule Asch“ leerden de  observatoren, tijdens een opleiding van drie weken, schieten, observeren en fotograferen vanuit een vliegtuig. De observatoren moesten op het uitgestrekt schietveld op zoek naar verschillende doelen zoals loopgrachten, kanonnen, vliegtuigen, troepenverplaatsingen, … en moesten deze fotograferen en bij terugkomst ontleden.

Op het schietveld werd ook geoefend met bombardementen vanuit vliegtuigen en werd er geëxperimenteerd met gifgas op honden en schapen.

Op de “Fliegerschießschule Asch“ werd er door de Duitsers een aarden wal opgeworpen die dienst deed als kogelvanger. Op het plein voor deze aarden wal was er een smalspoor van twee kilometer aangelegd in de vorm van een acht, waarop een elektrisch aangedreven platform reed. Op het platform was een geraamte van een vliegtuig geplaatst dat door een bijzonder mechanisme verschillende plotse bewegingen maakte. De observator gewapend met zijn machinegeweer, nam plaats in het geraamte en het platform zette zich in beweging over het plein. Beweegbare schietschijven verschenen plotseling op verschillende plaatsen en de schutter moest de doelen zo goed mogelijk raken. Boven de kogelvanger tekenden de geallieerde vliegtuigen zich in natuurgrootte tegen de hemel af.

Extra info

Belgisch Militair Vliegwezen: Vliegveld Asch (1919-1925)

Onmiddellijk na de Eerste Wereldoorlog werd de “Fliegerschießschule Asch“ door het Belgisch leger bezet en werd het vliegveld omgebouwd tot vliegschool van het Belgisch Militair Vliegwezen om jonge Belgische militaire piloten op te leiden. Meer dan 300 piloten leerden op het “vliegveld Asch” vliegen. Voor de opleiding werden voornamelijk vliegtuigen gebruik uit de vliegtuigreserves van de Eerste Wereldoorlog en ook in beslag genomen Duitse vliegtuigen zoals de beroemde Fokker DVII werden voor dit doel gebruikt.

In 1925 verhuisde de vliegschool van het Belgisch Militair Vliegwezen naar het West-Vlaamse Wevelgem en een jaar later werden de vliegtuigloodsen en de meeste gebouwen afgebroken en werden de gronden bebost met dennenbomen.

Enkel het casino (mess officieren) en drie bijgebouwen gelegen langs de Bilzerweg bleven behouden.

Kolonie: kolonie de Beeckman (1927-2003)

Vanuit haar sterk sociaal-godsdienstige overtuiging had barones de Beeckmanvoor de Eerste Wereldoorlog grootse plannen bij de opkomst van de steenkoolmijnen en wou zij in Genk een weeshuis en een instituut voor blinden en doven oprichten. Door de Eerste Wereldoorlog kwam hiervan niets terecht.

Barones de Beeckman kocht de gebouwen en grond in 1927 en schonk ze aan de Dochters van Liefde om er verzwakte of herstellende stadskinderen op te vangen in het “Nationaal Werk der Katholieke Schoolkolonie”.

In 1970 verdween de oude naam “Kolonie” en werd vervangen door een nieuwe ‘Opvangcentrum De Stap’. Vanaf dan kwamen kinderen in de “kolonie” terecht door familiale problemen, een overlijden, een ongeval, ziekte of werkloosheid van de ouders. De “kolonie van As” evolueerden tot opvangcentrum voor kinderen die acuut of occasioneel in een probleemsituatie terechtkwamen en van wie de ouders tijdelijk de gezinsfuncties niet meer konden opnemen.

In 2003 verhuisde vzw De Stap naar Genk en kwamen de gebouwen van de kolonie leeg te staan.

Verschillende jaren hebben de gebouwen leeg gestaan, aan de natuur en vandalen overgelaten.

In 2008 kocht de gemeente As de gronden en de gebouwen. In 2011 werden deze gebouwen doorverkocht aan vzw Arbeidskansen. Deze vzw richt ze zich vooral tot mensen met een arbeidshandicap, zodat ze via een opleiding kunnen doorstromen naar het normale arbeidscircuit.

Eind 2012 is men begonnen aan de verbouwingswerken. het hoofdgebouw werd midden 2013 afgebroken omv stabiliteitsproblemen (meer info)

 

(Dank aan Jan Lantmeeters voor de aangeleverde inhoud en afbeeldingen)

Contact
3665 As

Website